Pensioen
Life & Living

Je pensioen. Waarom het slim is daar nu alvast aan te denken

maandag, 12 september 2022
Je voelt je jong, je hebt een leuke baan en fijne hobby's. Wie denkt er dan aan de toekomst? Wil je die leuke dingen blijven doen, dan is het zeker wel verstandig naar de financiële toekomst te kijken. Want hoe zit het eigenlijk met jouw pensioen? Heb je later voldoende geld? Lees snel verder en ontdek wat jij kunt doen om straks onbezorgd achterover te kunnen leunen.

 

 

Je voelt je jong, je hebt een leuke baan en geweldige hobby's. Je kunt de dingen doen die je graag wilt doen en geniet daarvan. Wie denkt er dan aan de toekomst?

 

Wel doen, is ons advies, en beslist niet voor je uit blijven schuiven. Zeker als je graag wilt blijven leven zoals je nu doet. Want hoewel je later (meestal) AOW ontvangt, is dat voor veel mensen niet voldoende om hun oude dag door te komen. Daarom bouwen zij pensioen op. Maar wat is het, hoe kom je er aan en op welke leeftijd krijg je het? En wat moet je doen als je geen pensioen opbouwt?

 

 

AOW

Woon of werk je in Nederland dan bouw je automatisch AOW (Algemene Ouderdomswet) op. Dit heet het staatspensioen. In 2022 staat de AOW gerechtigde leeftijd op 66 jaar en zeven maanden. In 2023 is dat 66 jaar en tien maanden, in 2024 67 jaar. Op de website van de Rijksoverheid staat een handige tool om aan de hand van je geboortedatum te berekenen wat jouw AOW gerechtigde leeftijd is. Hoeveel AOW je krijgt hangt af van je woonsituatie, en het minimum loon dat op dat moment geldt. Alleenstaanden krijgen zeventig procent van het op dat moment geldende minimumloon. Ben je getrouwd of woon je samen, dan ontvang je vijftig procent van het dan geldende minimumloon. Als alleenstaande krijg je meer AOW omdat je de kosten voor je levensonderhoud niet kunt delen met een huisgenoot.

 

Veel mensen vinden AOW niet voldoende om van te leven, omdat er na de vaste lasten niet veel overblijft. Pensioen geeft je meer financiële vrijheid.

 

 

Pensioen opbouwen uit werk

Samen met je werkgever bouw je aan je pensioen. Dat heet het werknemerspensioen. Je werkgever betaalt elke maand premie voor je pensioen. Een deel daarvan betaal jij weer aan je werkgever via een inhouding op het loon. Hoeveel dat is kun je zien op je salarisspecificatie. Niet iedere werkgever heeft dit geregeld. Kijk dus altijd in je contract of je pensioen opbouwt om te voorkomen dat je later voor verrassingen komt te staan.

 

 

Zelf sparen voor je pensioen

Bouw je via je werkgever geen pensioen op, vind je het bedrag niet hoog genoeg of ben je zelfstandige? Dan kun je ook zelf sparen voor je pensioen. Dat noemen we aanvullend pensioen. Eigenlijk is dit niet echt een pensioen, het is een uitkering van een financieel product dat je hebt afgesloten. Je kunt je pensioen ook aanvullen door iedere maand wat spaargeld opzij te zetten. Op internet vind je verschillende rekentools waarmee je kunt berekenen hoeveel je per maand moet inleggen om na het stoppen met werken een bepaalde uitkering te krijgen. Ook zijn de rekentools geschikt om te kijken hoeveel je na een bepaalde tijd krijgt als je nu elke maand een vast bedrag opzij zet.

 

 

Banksparen

Dit is een andere mogelijkheid als je geen pensioen krijgt of een aanvulling wilt op je pensioen. Een bankspaarrekening open je bij een bank. Dat kun je met of zonder adviseur doen, en met of zonder tussenpersoon die alles voor je regelt. Banksparen heeft belastingvoordelen (mits je de rekening afsluit bij een door de Belastingdienst erkende instelling), bijvoorbeeld omdat je de inleg kunt aftrekken bij de belastingaangifte. Je bouwt met banksparen een tegoed op door middel van inleg en rendement (rente). Op de gekozen einddatum, bijvoorbeeld je pensioengerechtigde leeftijd of je AOW gerechtigde leeftijd, wordt de rekening omgezet in een uitkeringsproduct en ontvang je periodiek een uitkering van je gespaarde tegoed. Nadeel van deze rekening is dat je er vaak niet tussentijds bij kan en het geld echt alleen vrijkomt op de gekozen einddatum. Voordeel is dat je ongemerkt elke maand een beetje spaart voor later en je belastingvoordeel hebt.

 

 

Lijfrenteverzekering

Als je een lijfrenteverzekering afsluit betaal je een verzekeraar eenmalig of periodiek premie. Ga je met pensioen, dan wordt het bedrag gestort in een uitkeringsproduct en krijg je het periodiek uitbetaald als (aanvulling op) je pensioen. Het verschil tussen banksparen en een lijfrenteverzekering zit hem in het feit dat banksparen alleen op jouw naam mag staan. Een lijfrenteverzekering kun je ook afsluiten op een andere naam, bijvoorbeeld je partner. Kom jij eerder te overlijden, dan ontvangt je partner periodiek een bedrag. Een voordeel van lijfrentesparen is dat het bedrag dat op de rekening staat niet tot je vermogen gerekend wordt. Je hoeft er voor de Belastingdienst dus geen vermogensheffing over te betalen.